OMKIJKEN NAAR ANDEREN DIE DIERBAAR ZIJN!
Coby is niet alleen één van de eerste, maar ook een trouwe bezoeker van het Mantelzorgtrefpunt. Een kordate en directe vrouw die niet bij de pakken gaat neerzitten. Het zorgen zit haar in het bloed. In de jaren zestig stopte zij met haar kantoorbaan om aan een studie Verpleegkunde te beginnen. In die tijd woonde zij als zuster intern in het zusterhuis. Zij ging dan zes weken naar school en liep drie maanden in de praktijk mee. Zo heeft zij in verschillende ziekenhuizen in Nederland ervaring opgedaan in onder andere de ouderenzorg en in longverpleegkunde. Zorgen voor een dierbare is echter een ander verhaal. Ook al heb je professionele ervaring.
Zorgen voor de ander
Van huis uit heeft Coby het zorgen voor de ander van haar moeder meegekregen. Haar moeder was vroeger een steun en toeverlaat voor de buurt. Als er een kind werd geboren, kon men bij haar moeder bellen naar de vroedvrouw. “Mijn dochter heeft sinds haar geboorte een geestelijke beperking en ik zorg voor haar. Eerst woonde zij een aantal jaren thuis. Op latere leeftijd is zij begeleidt gaan wonen in een verzorgingshuis voor mensen met een verstandelijke beperking. Toen was ik jonger en ging het zorgen mij gemakkelijk af. Nog steeds ga ik een aantal keren per week naar haar toe en let ik op dat het goed met haar gaat. Anders trek ik gelijk aan de bel.”
Signalen
Op oudere leeftijd kreeg haar man dementie. “Dementie was bekend binnen zijn familie. Op het moment dat de geriater in het ziekenhuis de diagnose gaf, wilde hij er niet meer naartoe. Ook wilde hij niet over de ziekte praten. In de verpleging heeft zij de nodige ervaring opgedaan. Ik herkende de signalen. Hij kon bijvoorbeeld de televisie of de pc niet goed bedienen. Ook herkende hij mensen niet, terwijl zij hem wel kenden. Zoveel als ik kon probeerde ik hem te stimuleren om zo lang mogelijk actief te blijven. Wat ik in die tijd wel heb geleerd is dat het beter is om iemand met dementie nooit tegen te spreken.”
Autorijden
Haar man heeft twee keer een rijvaardigheidstest gedaan, maar is gezakt. Hierdoor mocht hij niet meer autorijden. Zodra iemand de diagnose dementie krijgt, ben je in principe onbevoegd om auto te rijden. In geval van zeer lichte of lichte dementie, kun je een speciale rijtest afleggen bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Als je daarvoor slaagt, mag je in elk geval nog een jaar rijden. Bij Coby haar man bleek dat hij al behoorlijk ver was in zijn dementie.
Niet volhouden
Een tijdje is haar man naar de dagbesteding geweest. Het ziekteverloop ging echter snel, waardoor Coby het zorgen voor haar man moest opgeven. “Hij moest opgenomen worden. Eerst was er geen plek te vinden, totdat er uiteindelijk een plek vrijkwam dichtbij huis. Ik was erop voorbereid dat het zover zou komen. Hij dwaalde ’s nachts en hij at van alles. Jammer genoeg kon ik het niet volhouden. Ik was helemaal doodop. En dan ben je opeens alleen in huis. Zelf houd ik niet zo van de stilte. Mijn man had toen hij nog thuis woonde altijd veel mensen om hem heen die hem bezochten.” Haar man zat thuis in zijn eigen wereld. Hij liep veel heen en weer. Dat heeft hij 2,5 jaar gedaan. Tot hij was opgenomen in het verpleeghuis.
Afscheid
Coby heeft een reële kijk op de ziekte en wat haar verder te wachten zou staan. In het verpleeghuis bezocht zij haar man drie keer in de week. “Hij ging in het verpleeghuis regelmatig bij andere mensen de kamer binnen. Als er werd gereageerd ‘we zijn vandaag gesloten’ ging hij weer weg. Dat hielp echt.” Haar man is in coronatijd overleden. Door corona kon zij zowel haar man zes weken niet bezoeken. Helaas is de herdenkingsdienst anders verlopen dan zij heeft gewild. Toch was het een mooi en intiem afscheid.
Ander leven
Inmiddels kan Coby weer regelmatig haar dochter opzoeken, ze is en blijft een bezorgde moeder. De stiltes in haar huis vult zij op met de radio. Daarnaast wandelt zij veel. Het weekend blijft lastig voor haar. “Vooral dat er niemand wat tegen je zegt. Maar verder gaat het met mij goed hoor.” Nog steeds kijkt zij om naar anderen die haar dierbaar zijn. Regelmatig gaat zij op visite bij leeftijdgenoten die ziek zijn. Een ander, maar waardevol, leven.
